Hardnekkige afwijking: vanuit iedere hotelkamer waar ik bivakkeer, fotografeer ik het uitzicht. Reizen magazine publiceerde een reeks van mijn ‘raamvertellingen’.
Plek: Bedford Hotel, Manhattan Moment: 6 juni 1995, 02.43 Stemming: melig Herinnering: Als een desperado met zelfmoordplannen, wankelt het mini-statief op de vensterbank. Ik houd de ontspanner continu ingedrukt terwijl mijn onderbuik schudt van het lachen. Pas als ik, na de zesde poging, redelijk zeker weet dat dit uitzicht op 40th Street en Park Avenue er scherp op staat, kan ik onbekommerd schuddebuiken om de flauwe grappensalvo’s die vriend Rogier op mij afvuurt – in een vermetele poging mij uit balans te brengen. Het is de laatste avond van een logeerpartij. We hebben de hele avond in een café New Amsterdam-bier gedronken, terugkijkend op jaren van vriendschap in oud Amsterdam. Melancholy rules. Een paar jaar geleden werd Rogier in een coffeeshop aangesproken door een toeriste. “Excuse me, I just arrived here and I don’t know how to tip,” vroeg ze. Het bleek de openingsscène voor een romantische klassieker. Binnen enkele dagen verruilde zij haar hotel voor zijn appartement, binnen een jaar verruilde hij zijn appartement voor een huis met haar in Boston. Rogier vestigde zich in de States als correspondent van Nederlandse tijdschriften maar al snel verschenen er titels als de Los Angeles Times, Rolling Stone en Playboy op zijn cv. En misschien wel het grootste genoegen beleefde hij aan het feit dat ik, oude rivaal, nu het vliegtuig had gepakt om zijn successtory op te tekenen – in opdracht van een Nederlands vakblad. Inderdaad, een schaterlach waard.